Na zijn drie hits tegen Israël is Wladimir Balentien momenteel de beste slagman in de ploeg van het Nederlands Koninkrijk.
Foto: © Henk Seppen
De euforie in het kamp van het Nederlands Koninkrijk was gisteren groot na de 2-12 winst in acht innings op Israël. Rechtsvelder Wladimir Balentien droeg ook nu zijn steentje weer bij. Hij kwam tot drie hits en zorgde voor zes van de twaalf punten voor zijn ploeg. “We speelden alsof het wedstrijd 7 van de World Series was”, blikt buitenvelder Wladimir Balentien na afloop terug.
Winst op Israël was voor het Nederlands Koninkrijksteam gisteren noodzakelijk om in de race te blijven voor een plaats in de halve finales. “Het doet nog steeds pijn”, kijkt Balentien nog kort terug op de nederlaag in elf innings van zondag tegen Japan, de nummer één van de wereld.
Des te blijer was de voormalig Major Leaguer met het resultaat van gisteren tegen Israël. “Ik moet het hele team complimenteren. Iedereen kwam op de honken, waardoor we de kansen hadden om punten binnen te slaan. We hebben een geweldige prestatie neergezet.” Volgens Balentien was voor iedereen het belang van de wedstrijd heel duidelijk. “We hadden deze overwinning echt nodig. We speelden alsof het wedstrijd 7 van de World Series was. We waren erop gebrand om te winnen.”
Thuiswedstrijd
Voor Balentien, die sinds 2011 voor Tokyo Yakult Swallows uitkomt in de Japanse profcompetitie, zijn de wedstrijden in het Tokyo Dome extra speciaal. Ook gisteren waren in veel Japanse toeschouwers in het stadion aanwezig om de Homerun Koning van Curaçao aan te moedigen. Balentien: “Ook al speel ik nu niet met mijn Japanse team, het voelt toch alsof ik een thuiswedstrijd speel. En dat geeft me het zelfvertrouwen om de Japanse fans te laten zien wat ze willen zien.”
Toch benadrukt Balentien, die na zijn drie hits van gisteren de slagploeg van Oranje nu leidt in onder meer aantal honkslagen (10) en slaggemiddelde (.556.), dat ook de steun van zijn ploeggenoten van enorm belang is. “We hebben een geweldige slagploeg. Die jongens laten zien dat ze willen spelen en klaar zijn om te slaan”, aldus de rechtsvelder van Oranje. “Als ik hun aan het werk zie, wil ik niet achterblijven.”