Hudson John, intussen 80 jaar, is één van de iconen van het Nederlandse honkbal. Geboren op Aruba, kwam hij in 1964 – als prille twintiger- naar Nederland. Honkbal speelde hij toen al zijn hele leven. Na te zijn begonnen als achtervanger, was het eerste honk nu zijn vaste veldpositie. In Nederland kwam hij via Simon Arrindell en Hamilton Richardson in contact met Sparta – de honkbalafdeling van de fameuze Rotterdamse eredivisieclub.

Is het tegenwoordig met de publieke belangstelling voor gewone competitiewedstrijden in de Hoofdklasse slecht gesteld, in de glorietijd van de honkbalafdeling van Sparta kwamen daar ieder weekend wel enkele duizenden mensen kijken. En bij de jaarlijkse ‘gevechten’ met grote concurrent Haarlem Nicols zaten er op Nieuw Vreelust steevast ruim 5.000 mensen op de tribune. Het was tot de laatste plaats uitverkocht.

Toelatingsexamen
Toen hij er wilde gaan spelen, moest hij ‘toelatingsexamen’ doen. Meedoen met een oefenwedstrijd van zijn nieuwe club tegen Luchtbal, indertijd een van de sterkste clubteams van België. Dat hebben de Belgische werpers geweten, de nieuwbakken eerste honkman sloeg bij zijn eerste optreden direct twee homeruns. Dat kwam – zo zei hij zelf – door zijn ervaring als achtervanger. Daardoor had hij geleerd curveballen te ‘lezen’. Het leverde hem in de slagvolgorde direct de positie van ‘clean-up hitter’ op – de man die voor de punten moest zorgen.

In het veld bleef het eerste honk zijn vaste positie. Als solide sluitpost in de verdediging zorgde hij – als het kon – tijdens een wedstrijd ook voor momenten van ontspanning; het aantal keren dat hij honklopers die niet goed opletten uit kreeg met een ‘verborgen’ bal zijn niet te tellen. Dit tot grote hilariteit van het talrijke publiek.

De klassieker van het honkbal in die jaren
Wat Ajax-Feyenoord is in het voetbal, waren de ontmoetingen tussen Sparta en Haarlem Nicols in het honkbal van die tijd. De Nicols hadden Herman Beidschat – toen met afstand de beste werper van Nederland. Sparta had de beste aanval die werd geleid door het Antilliaanse ‘supertrio’ Hamilton Richardson, Hudson John en Simon Arrindell. Deze ‘hardhitters’ stelden ook toppitcher Beidschat regelmatig voor enorme problemen. Dat liep soms zo hoog op, dat Beidschat jaren later in een interview met de Volkskrant erkende zijn gevaarlijkste tegenstanders in het slagperk wel eens bewust te hebben geraakt. Dat mag natuurlijk niet, maar soms is het nodig. Je speelt uiteindelijk om te winnen.

Vertrek van Nieuw Vreelust betekende het sportieve einde van Sparta
Het sportieve einde van Sparta kwam toen Nieuw Vreelust moest worden verlaten voor een ‘vrijwillige’ verhuizing naar de Beverwaard, waar de nieuwe partnervereniging Feyenoord speelde.

In de glorietijd leidden de Antilliaanse superstars Sparta naar maar liefst negen kampioenschappen. Een record dat slechts werd verbeterd door Haarlem Nicols dat enkele jaren eerder eveneens failliet ging en de huidige kampioen Curaçao Neptunus.

Al sinds het jaar 2000 verkeerde Sparta/Feyenoord in grote financiële problemen. Omdat de financiële problemen niet konden worden overwonnen en ook de randvoorwaarde voor extra financiële steun van de sponsor (in de Hoofdklasse blijven) niet kon worden gerealiseerd, was een faillissement niet meer te voorkomen.

Hudson John was toen al bij de club vertrokken. Via Neptunus en Storks eindigde hij zijn actieve loopbaan bij het Haagse Celeritas.