De liefde voor honkbal klinkt door in alles dat Raphaël Smeenk zegt. Zijn talent is voor eenieder te zien. De 18-jarige middle infielder van de Amsterdam Pirates stond rond zijn negende voor het eerst op het honkbalveld. “Meetrainen, wedstrijden kijken. Ik vond het direct veel leuker dan voetbal. Op het moment dat ik bij de pupillen in de eerste klasse ging spelen, heb ik definitief voor honkbal gekozen. Sindsdien speel ik met heel mijn hart honkbal.”
Vanaf het begin was het duidelijk dat Smeenk – Nederlandse vader, Braziliaanse moeder – talent heeft. “Ik kan hard gooien. Op mijn elfde speelde ik al met de oudere jongens mee, U15 en U18. In de jeugd was ik altijd pitcher, maar ik wilde slaan en fielden. Daar heb ik de meeste potentie. Ik ben een goede slagman. Ben sterk in mijn hoofd, kan me goed aanpassen aan welke ballen de pitcher gooit. Ik ben links- en rechtshandig. Zo kan ik bij een linkshandige werper een pitch beter zien aankomen en andersom. Daarnaast ben ik stabiel in het veld; kan goed gooien, snel anticiperen. Ik speel korte stop en tweede honk. Ik vind allebei superleuk, maar als ik echt moet kiezen, ga ik voor korte stop.”
Spelinzicht verder verbeteren
Hij vervolgt, zelfkritisch: ”Natuurlijk zijn er ook verbeterpunten. Zoals mijn spelinzicht, weten wat te doen op elk moment. En ik wil een nog sterkere honkloper worden. Overzien wat er gebeurt en dan de juiste keuzes maken: wanneer wel of niet rennen, eerder gaan.” Op het Talent Team NL Center waar hij nu in zijn tweede jaar zit, doet hij veel kennis en ervaring op. “Ik leer mezelf echt kennen. Word uit mijn comfortzone gehaald met trainingen. Mentaal en fysiek. We trainen vaker en op een andere manier dan op de club. Hoe beter te slaan, technisch beter te gooien, uitgedaagd worden om je zwakke punten te verbeteren. Ik woon sinds een jaar ook intern. Het gaat goed, ik merk dat ik ben gegroeid.”
Goed presteren onder druk
Die groei bleek ook op het Europees Kampioenschap U18 afgelopen zomer in Italië, waar hij alles speelde. “Ik heb veel geleerd, daar en in de jaren ervoor. Ik speel altijd voor mezelf, maar ben nu comfortabel als ik voor andere mensen, scouts bijvoorbeeld moet spelen, of moet presteren onder druk.” Het zijn lessen die Smeenk meeneemt naar Amerika, als hij deze zomer van start gaat op Texas Panola College, een tweejarige Junior College, die uitkomt in Division 1 – het hoogste niveau. “Ik heb hier veel kans om te spelen, heb een goed gevoel bij de coach. Het ging allemaal best snel. Op mijn mail en video volgde direct reactie en bij het eerste telefonische gesprek kreeg ik direct een aanbod. Ik was een beetje beduusd, kon niet echt opnemen wat er gebeurde. Het ging zo snel. Ik ben echt superblij dat ik deze kans krijg.”
Zijn doel? “Na twee jaar college wil ik naar een grote universiteit om daar het derde en vierde jaar te volgen. En dan in de draft komen voor de Major League Baseball. En natuurlijk de Olympische Spelen in 2028 en de World Baseball Classic met Team Kingdom of the Netherlands.” Grote dromen in een, zoals Smeenk het zegt ‘unieke sport’. “In honkbal kan er altijd iets gebeuren. Als je met 5-0 voorstaat, kan het een inning later zomaar 5-10 staan.” En met een lach besluit hij: “De bal is rond.”
